Het soetra over de vier velden van aandacht
Paragraaf 1
Aldus heb ik gehoord van de Boeddha, toen hij tijdelijk verbleef in Kammassadadharma, een marktstadje van de Kuru’s. De Boeddha richtte zich tot de monniken: ‘Monniken.’ De monniken antwoordden: ‘Eerwaarde meester.’ De Boeddha zei: ‘Monniken, er is een ongeëvenaarde weg die leidt tot zuivering, het onmiddellijke te boven komen van verdriet en zorgen, het beëindigen van pijn en angst, het bewandelen van het juiste pad en het verwerkelijken van nirwana. Dit is de weg van de vier velden van aandacht. Welke zijn die vier velden?
- Welnu, monniken, een beoefenaar blijft standvastig in de observatie van het lichaam in het lichaam, toegewijd, met een helder beoordelingsvermogen, opmerkzaam, los van iedere hunkering naar en iedere afkeer van dit leven.
- Hij blijft standvastig in de observatie van de gevoelens in de gevoelens, toegewijd, met een helder beoordelingsvermogen, opmerkzaam, los van iedere hunkering naar en iedere afkeer van dit leven.
- Hij blijft standvastig in de observatie van de geest in de geest, toegewijd, met een helder beoordelingsvermogen, opmerkzaam, los van iedere hunkering naar en iedere afkeer van dit leven.
- Hij blijft standvastig in de observatie van de objecten van de geest in de objecten van de geest, toegewijd, met een helder beoordelingsvermogen, opmerkzaam, los van iedere hunkering naar en iedere afkeer van dit leven.
Paragraaf 6 (slotalinea)
Daarom zeiden we dat deze weg, het pad van de vier grondslagen van aandacht, een ongeëvenaarde weg is, die leidt tot zuivering, het te boven komen van verdriet en zorgen, het beëindigen van pijn en angst, het bewandelen van het juiste pad en het bereiken van nirwana. De monniken waren verrukt de leerrede van de Boeddha te horen. Ze namen de inhoud ter harte en begonnen hem in praktijk te brengen.